(Klimaat)beleid

Beste beleidsmakers,
Ik ga mezelf niet benoemen, want dat is niet de essentie van mijn boodschap. Ik zal het kort zeggen: ik zie het licht aan het einde van de tunnel niet meer.
Als ik het nieuws lees, kom ik vaak nieuwsberichten tegen dat we het weeral niet gehaald hebben. Dat we gaan moeten dokken. We hebben nogmaals gefaald. Het klimaatakkoord van Parijs lijkt maar een papiertje. Jullie lijken ermee te spelen, maken er een propje van en houden dan een wedstrijdje ‘om ter eerst in de vuilbak mikken’.
Ik ben een tweetal jaar geleden niet gaan protesteren, spijbelen voor het klimaat. Ik heb mijn stem niet laten horen. Ik spreek liever mijn gedachten toe, die luisteren wel. Er was ook lafheid van mijn kant. Ik was me nog niet bewust genoeg van de situatie, ik was te pessimistisch. Maar hoeveel moeite die jongeren ook gedaan hebben, jullie keerden hen de rug toe.
De alarmbellen luiden al jaren, maar ook zij worden niet gehoord. Er heerst een oorverdovende stilte in de Wetstraat.
Als kleine meid kwam er eens de vraag op wie we zouden stemmen, later als we groot zijn. Het leek zo ver weg, maar het komt dichterbij. We zijn er nu. Bijna iedereen reageerde “Groen”. Groen was toen een ontzettend kleine partij, maar iedereen beschouwde hen als de kant van de “goeden” en misschien wel de kant van de toekomst. Niemand had ons iets opgelegd, allemaal samen kwamen we tot dat besluit.
Ook van hen horen we tegenwoordig te weinig. Te weinig kans om door te groeien, door te zetten. Mijn verwachtingen zijn weer teleurgesteld.
Alle beleidsmakers bereiken een bepaalde middelbare leeftijd. Misschien denken jullie wel dat het voor jullie geen prioriteit meer is, want jullie houden het nog wel een aantal jaar vol en wordt er daarom niet naar ons geluisterd. Als nieuwe, veelbelovende generatie is er volgens mij de goesting niet om de nieuwe eeuw te bereiken. Ik alleszins niet. Ik wil niet te lang in het leven van negativiteit hangen, het leven waar alles lijkt mis te lopen en waar er niet wordt geluisterd naar elkaar.
Eigenlijk kan ik ook wel zeggen, dat jullie een deel van mijn kindertijd hebben afgenomen. Verwachtingen maken volwassen. Ik heb medelijden met de jonge kinderen van nu. Wij kunnen allemaal niet meer spelen en gewoon kind zijn. We moeten volwassen zijn, want wij gaan het leven moeten regelen.
Neem alstublieft die druk van ons af. Laat ons leven en zorg voor ons, zodat wij later het licht aan het einde van de tunnel nog kunnen zien.